Kunnen voedselbossen helpen de landbouw te verduurzamen?
In enkele jaren tijd zijn er honderden voedselbossen aangeplant in Nederland. ‘Ze produceren voedsel én dragen bij aan de verduurzaming van de landbouw’, vertelt Jeroen Kruit, projectleider van het project Wetenschappelijke Bodemvorming onder de Voedselbosbouw.
Maar in welke mate dragen voedselbossen dan precies bij aan de grote vraagstukken in de landbouw, zoals klimaatverandering, het stikstofprobleem, herstel van biodiversiteit en de wateropvang? En kun je er als boer eigenlijk wel geld mee verdienen? Die vragen willen Kruit en zijn collega’s beantwoorden met hun onderzoeksproject dat medegefinancierd is vanuit het topsectorenbeleid.
Graan en bomen
De overheid is al overtuigd van de voordelen: in 2030 moet er 1.000 hectare voedselbossen en 25.000 hectare agrobosbouw zijn in Nederland. Normaal gesproken verbouwen boeren eenjarige gewassen. Bij agrobosbouw combineer je eenjarige gewassen met meerjarige gewassen, door bijvoorbeeld rijen bomen tussen de akkers met graan te plaatsen. Kruit: ‘Die bomen hebben een positieve werking op het eenjarig gewas omdat ze schaduw geven en dieper wortelen. Dat helpt in droge perioden en bij veel neerslag en ook houden ze meer CO2 vast.’ Bij voedselbosbouw ga je een stapje verder en heb je alleen maar meerjarige gewassen, waarvan een deel als voedsel kan dienen: vruchten, noten en zaden. Mest en bestrijdingsmiddelen zijn niet nodig.
Voedselbossen zijn een nieuw fenomeen in Nederland: het oudste voedselbos is in 2009 in Groesbeek aangelegd. Inmiddels zijn er naast de honderden kleine initiatieven ook achttien boeren die een voedselbos van minstens vijf hectare begonnen zijn.