De Raad van State heeft nog geen einde gemaakt aan het Porthos-project voor de opvang en opslag van CO2, maar het ligt voorlopig wel stil. Eerst moeten initiatiefnemers Havenbedrijf Rotterdam, Gasunie en Energie Beheer Nederland (EBN) aantonen dat bij de bouw geen extra stikstof vrijkomt voor de omliggende natuurgebieden in de duinen. Die vertraging zet de klimaatdoelen van het kabinet en grote klimaatvervuilers als Shell en ExxonMobil onder druk.
Niet alleen boeren en bouwbedrijven kregen woensdag een flinke tik te verwerken na de uitspraak van de Raad van State. Het landelijk nieuws werd uiteraard gedomineerd door het schrappen van de zogeheten bouwvrijstelling. Die maakte het sinds vorig jaar mogelijk om toch woningen, bedrijven en wegen te bouwen, nadat een eerdere stikstofuitspraak van de rechters in 2019 zo’n beetje het hele land platlegde. Volgens het kabinet is de uitstoot tijdens de bouw verwaarloosbaar. Die algemene vrijstelling is nu vernietigd, waardoor bij elk bouwproject weer berekend moet worden hoeveel stikstof er zowel tijdens als na de bouw wordt uitgestoten. Volgens de Raad van State zijn de maatregelen die het kabinet wil nemen om de stikstofuitstoot terug te dringen – van het uitkopen van boeren, tot walstroom in plaats van dieselgeneratoren voor de zeevaart – te onzeker en nog lang niet uitgevoerd. Daarom mogen die niet opgevoerd worden als compensatie voor de stikstof die vrijkomt bij bouwprojecten.
Twee vliegen in een klap
Milieuorganisatie Mobilisation for the Environment (MOB) had de bouwvergunning voor het Porthos project in de Rotterdamse haven aangegrepen om bezwaar te maken tegen de bouwvrijstelling en meteen tegen de opvang en opslag van CO2 (CCS) in lege gasvelden op de Noordzee.