Indonesische sawa’s drogen uit door klimaatverandering, rijst duurder
Zoals gebruikelijk in augustus trekt rijstboer Dulfatah de planten uit zijn akker. Maar waar er normaal een plak modder aan de wortels van rijstplant hangt, trekt hij nu een droge kluit mee aan een stuk onkruid. “Het heeft al anderhalve maand niet geregend. Mijn sawa is helemaal uitgedroogd.”
Tussen de diepe scheuren in zijn veldje groeit alleen maar onkruid. Hij is aan het wieden in plaats van oogsten. “Zo’n 60 procent van mijn oogst is mislukt”, zegt Dulfatah. Dat is vergelijkbaar met zijn collega’s rond zijn dorpje in Noordwest-Java. Rijdt een uur in elke richting vanaf Losarang en je ziet bijna alleen maar uitgedroogde rijstvelden.
Bijna. Want mensen die dicht bij een rivier wonen kunnen een pomp kopen om het water via lange slangen naar hun sawa’s te krijgen. Zo liggen een aantal veldjes naast die van Dulfatah er prachtig groen en vochtig bij. “Maar ik woon 2 kilometer van de rivier. De pomp en de slangen zouden me (omgerekend, red.) 1000 euro kosten. Dat is te duur om daarna nog winst met de oogst te maken.”
Zo’n 70 procent van Indonesië heeft te maken met schadelijke droogte. Zo schadelijk dat in Papua zeker acht mensen zijn overleden door gebrek aan water of aan voedsel door mislukte oogsten. Allemaal het gevolg van klimaatfenomeen El Niño.
“Dat duwt het vocht boven Indonesië naar het oosten. Daarom betekent El Niño in Peru juist heel veel regen, en valt er hier bijna niks,” zegt klimaatprofessor Daniël Murdiyarso. Hij was onderdeel van het team van het IPCC (de werkgroep klimaatverandering van de Verenigde Naties) dat in 2007 de Nobelprijs voor de Vrede won.