Ook de schatkist is verslaafd aan fossiele brandstoffen

electric car, charging station, e car
Photo by Pixaline on Pixabay

Een schoon wagenpark? De politiek moet nu wel gaan kiezen, vindt Marike Stellinga.

Gepolariseerd autorijden speelt in Nederland gelukkig niet. Al roepen elektrische autorijders niet veel sympathie op bij de rechtse en radicaalrechtse partijen die onderhandelen over een kabinet. Hier verhindert een heel ander politiek obstakel de overgang naar elektrisch rijden: de schatkist. De overheid belast fossiele brandstoffen in allerlei sectoren erg licht, afgezet tegen de klimaatschade die ze veroorzaken (industrie, luchtvaart, landbouw). Maar in één sector wordt zoveel belasting binnengehaald op fossiele brandstoffen, dat het de schatkist serieus pijn doet als we minder verbranden: de auto.

De fossiele autorijder levert de schatkist zo’n 16 miljard euro op. Pakweg de helft daarvan betalen autorijders aan de pomp. Zodra veel meer Nederlanders elektrisch gaan rijden, vallen die inkomsten weg. Dat is op te lossen door te bezuinigen of elders belasting te verhogen, bijvoorbeeld door fossiel rijden zwaarder te belasten of door rekeningrijden voor iedereen (langzaam) in te voeren.

Maar daar houden rechtse partijen ook niet van. Sterker nog, rekeningrijden is voor rechts het politieke equivalent van een groene afvalbak vol maden: je rent er het liefst zo snel mogelijk van weg. Hoewel de VVD inmiddels zegt dat rekeningrijden onvermijdelijk is, moeten de andere drie formerende partijen er niks van hebben.

Deze fossiele schatkistverslaving resulteerde al voordat het kabinet viel in een politieke impasse, en daarna in een doodeerlijke Kamerbrief van demissionair staatssecretaris Vivianne Heijen (CDA). Het kabinet had graag maatregelen genomen om rijden verder te vergroenen, schreef Heijnen, maar elke autorijder die overstapt naar elektrisch, kost de schatkist inkomsten. En die rekening loopt snel op. Ambtenaren schatten dat het in 2030 om een gat van miljarden euro’s gaat.

Daarmee worden de klimaatdoelen voor het wegverkeer níét gehaald. Want nu wordt het bezit van een elektrische auto vanaf 2026 zwaarder belast dan dat van een fossiele auto. Terwijl er juist belastingvoordelen nodig zijn om mensen over de streep te trekken. Stekkerauto’s zijn immers nog steeds duurder. En van de 9 miljoen auto’s in Nederland zijn er nog maar 450.000 elektrisch.

Het opmerkelijke is: de autobranche wil al jaren sneller gaan dan de politiek. Al in 2018 waren alle 23 partijen die namens de mobiliteitssector onderhandelden over het klimaatakkoord, vóór rekeningrijden. Bovag, ANWB, vakbonden, bedrijven. Maar van het kabinet Rutte III (VVD, CDA, D66, CU) mocht er niet over gesproken worden.