Gascentrales moeten over op waterstof, maar niemand weet nog hoe
Om al onze stroom duurzaam te maken, moeten gascentrales de overstap naar waterstof maken. Maar de twee grootste eigenaren van zulke centrales waarschuwen dat die ombouw nog nauwelijks op gang komt. Kabinetsplannen om de overstap te subsidiëren zijn onlangs geschrapt.
Op een druilerige donderdag staat de Maximacentrale in Lelystad flink te draaien. Er is weinig zon en wind, dus gascentrales als deze zijn nodig om Nederland van voldoende stroom te voorzien. Harry Talen van de Franse energiegigant Engie wijst naar een rubberen rand op de grond. Die scheidt de fundering onder de generator van die onder de rest van het gebouw. “Anders trilt gewoon het hele gebouw kapot.”
Deze centrale draait nu op aardgas, maar hij is als enige in Nederland al geschikt om ook 50 procent waterstof te verbranden. Daarmee zou de CO2-uitstoot flink omlaag kunnen, maar er is één groot probleem: de benodigde duurzame waterstof is er nog niet. Sterker nog, er ligt nog niet eens een waterstofleiding naar de centrale toe. Het is niet duidelijk wanneer die er wel komt.
Engie stak tientallen miljoenen in de upgrade naar waterstof. “Omdat wij graag een voorloper willen zijn in de energietransitie”, aldus Talen. Maar het bedrijf heeft nog niet eens kunnen testen of de centrale het wel doet op waterstof.
“De turbinefabrikant die dit voor ons heeft ingebouwd, heeft natuurlijk wel bewijs moeten laten zien dat het daadwerkelijk werkt”, zegt Talen. “Maar fysiek testen met 50 procent waterstof kan nog niet, simpelweg omdat de waterstof er nog niet is. Dat soort hoeveelheden kun je ook niet per vrachtwagen vervoeren. Je moet een aansluiting hebben op het landelijke waterstofnet.”