Ooit was Tennet een wat suffig staatsbedrijf. Nu vliegen de miljarden je er om de oren

Arnhem – TenneT-toren” by Pompidom is licensed under CC BY-SA 3.0

Niet zo lang geleden was Tennet, de beheerder van het Nederlandse hoogspanningsnet, een wat stoffig staatsbedrijf dat elektriciteit van kolen- en gascentrales naar huishoudens en industrie bracht. Nu de energietransitie in haar volle hevigheid is losgebarsten en de oorlog in Oekraïne de geopolitieke onrust tot in de stroomkabels liet doordreunen, is het bedrijf in een ongekend dynamische wereld beland.

Ook in de jaarcijfers van Tennet komt de geopolitieke onrust tot uitdrukking. De ruim 800 miljoen euro winst die in 2020 nog werd geboekt, is inmiddels omgeslagen in een verlies van 976 miljoen euro.

Over de auteurs
Tjerk Gualthérie van Weezel is economieredacteur, en onder meer gespecialiseerd in de energiemarkt voor consumenten en bedrijven.

Bard van de Weijer is economieredacteur en sinds 2021 specialist op het gebied van de energietransitie. Hij richt zich op de vraagstukken waar consumenten, bedrijven en overheden voor staan.

Intussen staat voor de komende tien jaar naar schatting 110 miljard euro aan investeringen op stapel en ziet het ernaar uit dat het Duitse deel van het bedrijf binnenkort verkocht zal worden, wat met een geschat bedrag tussen de 20 en 25 miljard euro de grootste verkoop van een Nederlandse staatsdeelneming belooft te worden. ‘We zijn de grootste investeerder in de energietransitie’, zegt ceo Manon van Beek, die samen met operationeel directeur Maarten Abbenhuis een toelichting geeft op de cijfers.

[…]

Huishoudens en bedrijven krijgen straks weer hogere tarieven. Waar moeten zij op rekenen?

Abbenhuis: ‘Dit jaar stijgen de kosten voor netbeheer voor huishoudens van 55 naar 70 euro per jaar. Wat er volgend jaar gebeurt (als de prijsstijging van 2022 wordt doorberekend, red.), weten we nog niet. Die gesprekken worden nu gevoerd met toezichthouder ACM. We zien de energieprijzen inmiddels fors dalen en hopen dat die daling doorzet, maar daar hebben we weinig invloed op.’