‘Bekendheid ‘middel X’ leidt tot toename gebruik’
‘Middel X’ blokkeert de ‘ademhaling’ van de cel, waardoor degene die het heeft ingenomen uiteindelijk sterft. Een tegengif is er niet; vanaf een bepaalde hoeveelheid is de dood onvermijdelijk.
Het aantal meldingen over mensen die zichzelf hebben vergiftigd met het zelfdodingspoeder dat achter deze naam schuilgaat, is in 2022 fors gestegen, bleek zaterdag uit de registratie van het Nationaal Vergiftigingen Informatiecentrum (NVIC), waar zorgmedewerkers en andere hulpverleners medische informatie kunnen opvragen over acute vergiftigingen. Het centrum registreert alle vragen.
In 2022 zijn zestien vergiftigingen met het middel gemeld. Van twaalf daarvan is vastgesteld dat ze fataal afliepen. In 2021 waren er vier meldingen van sterfgevallen na inname van middel X. Sinds het NVIC in 2014 met de registratie begon, zijn er tot 2021 in totaal 24 zelfmoordpogingen gemeld, waarvan 20 met een fatale afloop.
Waar komt die toename vandaan? Het NVIC denkt dat er een verband is met de informatieverstrekking door Coöperatie Laatste Wil (CLW). „Eind 2021 heeft Coöperatie Laatste Wil bekendgemaakt welk middel ze bedoelt met middel X. We denken dat mensen daardoor gerichter naar het middel op zoek gaan”, zegt toxicoloog Antoinette van Riel, die bij het NVIC werkt.
[…]
‘Doodgaan is niet makkelijk’
Het NVIC vindt dat het middel helemaal niet tot een „humane” dood leidt. Het is van tevoren onzeker hoe de vergiftiging verloopt, maar bekende symptomen zijn misselijkheid, duizelingen, hoofdpijn, pijn op de borst en benauwdheid. Soms verzetten mensen zich tegen de aanstaande dood, horen ze bij het NVIC. „Sommige mensen nemen middel X in en schrikken van de symptomen, waarna een doodsstrijd volgt”, zegt Van Riel.
„Doodgaan is niet makkelijk”, schrijft de coöperatie daarover op haar website. „Ieder overlijden gaat gepaard met reutelen, rochelen, onwillekeurige bewegingen, urine- en ontlastingverlies.”
[…]
Onder zorgmedewerkers, maar ook bij uitvaartondernemers, heerst onrust over het middel, merkt Van Riel. „Zij denken dat het middel zo giftig is dat zij zelf ook risico lopen”, zegt de toxicoloog. Dat is niet het geval, zegt ze, al werd er in 2022 een agent onwel nadat die een huis betrad van iemand die het middel had ingenomen, en mogelijk iets van de stof binnenkreeg. „Het is niet duidelijk of er een verband is.”
Hulpverleners vragen zich volgens Van Riel wel eens af of het zinnig is om iemand die middel X heeft ingenomen te behandelen, omdat het zo dodelijk is. „Doe het vooral wèl, zeg ik dan altijd. Je weet nooit zeker hoeveel iemand heeft ingenomen. Of misschien is het toch een ander middel.” Bij het NVIC is afgelopen jaar ook gezien dat iemand die zelf dacht een dodelijke hoeveelheid te hebben ingenomen alleen milde klachten kreeg.
Het is bij het NVIC niet bekend hoe de vier mensen er aan toe zijn die inname van het middel in eerste instantie overleefden. „Soms bellen hulpverleners ons vanuit de ambulance, dan weten we niet bij wie we terecht kunnen voor informatie over hoe het is afgelopen.” Je kunt hersenschade overhouden aan het middel, zegt ze. „Het effect is vergelijkbaar met acuut zuurstoftekort. Het brein en het hart zijn daar relatief gevoelig voor.”
Praten over zelfdoding kan bij de landelijke hulplijn 113 Zelfmoordpreventie. Telefoon 0800-0113 of www.113.nl