100-Jarigen: ‘Als de pastoor hier in het dorp iets organiseert in de kerk, komen er nog maar twee mensen opdagen’

INTERVIEW BART VAN DOORN (100 JAAR)

Bart van Doorn is 100 jaar. Hoe kijkt de gepensioneerde timmerman, die nog met zijn vrouw hun moestuin onderhoudt, terug op de eeuw die achter hem ligt?

Bart van Doorn woont met zijn 93-jarige vrouw Triena aan een smalle weg in het dorp Langenboom in Zuidoost-Brabant. Hun knusse onderkomen was ooit de schuur van zijn zelfgebouwde huis en is via een smal tussenstuk verbonden met de woning waar zijn twee kinderen zijn geboren en waar nu zijn jongste zoon André met zijn gezin woont. Bart en Triena houden nog zelf hun tuin en moestuin bij.

De 100-jarige zit met zijn vrouw en jongste zoon aan een ronde eettafel in de keuken als hij over zijn leven vertelt.

Hoe gaat het met u?

‘Horen gaat moeizaam en ik zie heel slecht. Op sociaal gebied valt daardoor veel weg. Maar ik mag niet mopperen, want met het verstand zit het gelukkig nog goed. En ik ben nog samen met mijn vrouw, van wie ik heel veel hou.’

Triena: ‘En ik hou heel veel van jou, dat weet je hè.’

Bart: ‘In juni zijn we 72 jaar getrouwd. Dat kunnen niet veel mensen zeggen. Toen we twee jaar geleden 70 jaar getrouwd waren, zei de pastoor dat dat nog niet eerder was voorgekomen in de buurt.’

Triena: ‘Ik dank God dat we nog samen zijn.’

Bart: ‘Iedere dag dank ik God daarvoor.’

Triena: ‘Ik kan nog koken, de was doen, alles eigenlijk. Ik was Barts rug en droog die af. Iedere middag maken we samen een wandelingetje.’

Bart: ‘We werken samen in de tuin en de moestuin.’

[…]

Wat vindt u de grootste verandering in de afgelopen eeuw?

‘Nu heeft iedereen een auto. In mijn jonge jaren was het al heel wat als je een fiets had, en daarmee ging je overal naartoe. Als we een dagje op stap gingen met de zus van Triena en haar man, kwamen zij op de fiets uit Sint-Oedenrode naar ons toe, dat is wel dertig kilometer. Met zijn allen fietsten we dan naar Arnhem, wel 35 kilometer, voor een bezoek aan het Openluchtmuseum. Om op de provinciale wegen te mogen fietsen, moest je een metalen fietsplaatje kopen, dat je op je fiets bevestigde.

‘Op de Rijkswerkplaats in Boxmeer ben ik opgeleid tot timmerman. Bij Systeembouw Vermeulen, waar ik na mijn diensttijd na de oorlog ging werken, kregen we iedere week bij ons loon een zegeltje ter waarde van 1,50 gulden. In augustus mochten we de gespaarde zegels inleveren bij een plaatselijk agentschap: die gaf er geld voor terug. Weet je wat 90 procent van de werknemers met dat spaarbedrag deed? Iets kopen wat ze nodig hadden voor hun huishouden, zoals een wasmachine. Nu gaan mensen van hun spaargeld op vakantie, want ze hebben alles al.’

[…]

Is er ook iets verbeterd de afgelopen decennia?

‘Alle nieuwe snufjes, zoals telefoontjes waarop je het laatste nieuws kunt lezen en alle informatie vindt die je nodig hebt. Zo wist mijn zoon eerder van de aardbeving in Turkije en Syrië dan ik. En ik had een kip die haar eigen ei kapot pikte en opat. Ik wilde weten wat er aan de hand was. Mijn schoondochter pakte haar telefoon, toepte even en er stond dat de kip zich kon vervelen.’

Waar bent u trots op?

‘Dat ik mijn eigen huis heb gebouwd, van hout, begin jaren vijftig. Ik kon dit lapje grond kopen en vroeg een vergunning aan om er een potstalmodel kippenhok op te bouwen, van zes meter breed en acht meter lang. Op de tekening had ik een streep gezet: aan de ene kant stond ‘kippen’, aan de andere kant ‘kantoor’. Zo kreeg ik de vergunning en konden Triena en ik erin wonen. De ambtenaar vroeg: wanneer komen de kippen? Ik zei: wacht maar af.’

Heeft er ooit een kip gewoond?

‘Nee, wij waren de kippen. De ambtenaar begreep het wel. Het was een tijd van grote woningnood. Later heb ik het huis uitgebouwd.’

[…]

Het is bijzonder dat u als ambachtsman met een fysiek zwaar beroep, zo oud bent geworden.

‘Wat denk ik een rol speelt, is dat ik nooit denk: dat kan ik niet. De ene oudere zegt: ik kan niks meer, de andere zegt: ik sta op en ga toch iets proberen. Gisteren was mijn vrouw bladeren aan het vegen, maar ze moest stoppen omdat ze naar haar handwerkcursus moest. Toen heb ik de grasmaaier gepakt en ben ik net zo lang gaan trekken tot de motor ging lopen. Bij mijn zoon lukt dat in één keer, mij tegenwoordig pas na tien keer. Ik wilde dat het gazon mooi geschoren was als Triena thuiskwam. En dat is mij gelukt.’

BART VAN DOORN

  • geboren: 27 januari 1923 in Wilbertoord
  • woont: zelfstandig, in Langenboom
  • beroep: timmerman
  • familie: zijn vrouw (93), twee zoons (een overleden), twee kleinkinderen, een zus (85)