Opinie: Politici en media moeten zich feller uitspreken tegen racistische incidenten als bij Erasmusbrug

white and blue boat on sea during daytime
Photo by Roman Wimmers on Unsplash

Het is tijd om racistische leuzen – zoals die uit Nieuwjaarsnacht – principiëler te bestrijden, bijvoorbeeld via het Wetboek van Strafrecht. Maar ook is meer bewustwording nodig van de gevaarlijke achterliggende ideologie.

De projectie van racistische teksten op de Rotterdamse Erasmusbrug in Nieuwjaarsnacht leidde tot veel verontwaardiging. En terecht. De in extreemrechtse kringen bekende ‘fourteen words’ (‘We must secure the existence of our people and a future for white children’) is namelijk een internationale strijdkreet van groeperingen die menen dat het ‘blanke ras’ op het punt van uitsterven staat.

De bedenker van deze slogan, vaak gevolgd door de zin ‘Because the beauty of the White Aryan woman must not perish from the Earth’, was de Amerikaanse neonazi David Lane. Deze werd in 1983 lid van ‘The Order’, die als doel had ‘ons volk te bevrijden van de Joden en het Arische ras de totale overwinning te brengen.’ Na een aantal terroristische aanslagen op vertegenwoordigers van wat zij de ‘zionistische bezettingsstaat’ noemden, werd hij in 1985 tot 190 jaar veroordeeld, om in 2007 op 55-jarige leeftijd achter de tralies te sterven.

OVER DE AUTEUR

Leo Lucassen is directeur van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis en hoogleraar in Leiden.

Waar veel onderzoekers dachten dat we met een langzaam uitdovende (‘fout na de oorlog’-)beweging te maken hadden, bleek haar vitaliteit aanzienlijk groter. Zo werden op Twitter de racistische projecties op de Erasmusbrug door Forum voor Democratie enthousiast begroet, terwijl Ongehoord Nederland-boegbeeld Raisa Blommestijn het als een gerechtvaardigd opkomen voor de witte medemens beschouwde.

Megaphone and placards on racism on white linen
Photo by Polina Tankilevitch on Pexels

Dehumaniseren

Maar ook het dehumaniseren van vluchtelingen en het voortdurende propageren van de omvolkingsdenken door PVV-politici als Bosma en Wilders, of hun Vlaamse evenknieën Dewinter en Van Langenhove, heeft een maatschappelijk klimaat gekweekt waarin extreem-rechtse denkbeelden steeds ongeremder en openlijker worden geuit.

De verklaring daarvoor is dat de wortels van het ‘white supremacist’-denken veel dieper reiken dan het nazisme. Met name in Noord-Amerika is het ten nauwste verbonden met de door de eeuwen van interne slavernij ingebakken dehumanisering van zwarte en gekleurde Amerikanen.

Het door de Ku Klux Klan gevoede idee dat afstammelingen van slaafgemaakten door de afschaffing van de slavernij en de daarop volgende gelijkberechtiging de positie van witte Amerikanen zouden bedreigen was wijdverbreid. Dit leidde in de periode 1883-1941 tot minimaal 4.500 lynchpartijen. Van de slachtoffers was het overgrote deel zwart; in bijna een kwart van de gevallen ging het om witte Amerikanen die de moed hadden zich tegen het racisme te keren.

Superieur

Het idee dat het witte ras superieur was, werd aan het einde van de 19de eeuw door uiteenlopende wetenschappers aan prestigieuze Amerikaanse universiteiten bovendien actief verspreid en werd een cruciale factor in de discussie over immigratie, die toen nog vrijwel uitsluitend uit Europeanen bestond.

De kerngedachte was dat het ‘Nordic race’, degenen afkomstig uit Noordwest-Europa, op het punt stond uit te sterven door de massamigratie van Zuid- en Oost-Europeanen, met name Joden. Door hun aantallen en vermenging met de ‘Nordics’, waarbij de inferieure genen opvallend genoeg altijd zouden winnen, dreigden die minderwaardige rassen de strijd te winnen. Dat dit bepaald geen marginale ideeën waren, blijkt onder meer uit de geschriften van de bekende president Theodor Roosevelt over ‘race suicide’. Maar ook uit het feit dat het de leidende gedachte vormde van de in 1907 door het Congres ingestelde Dillingham-commissie die de oorsprong en gevolgen van de Europese migratie moest onderzoeken.

Met name het zeer populaire en onder meer in het Duits vertaalde boek The passing of the Great Race (1916) van de zeer gerespecteerde New Yorkse filantroop en natuurbeschermer Madison Grant, leverde de nodige ammunitie voor anti-immigratie wetten na de Eerste Wereldoorlog. Waar voor Chinezen (en andere Aziaten) al vanaf 1882 de deuren waren gesloten, gebeurde dat tussen 1918 en 1924 ook min of meer voor Zuid- en Oost-Europeanen.

Hitler

Grant voorspelde een gitzwart toekomstbeeld als de immigratie niet onmiddellijk zou stoppen en het hoeft niet te verwonderen dat de nazi’s in de jaren twintig het inmiddels in het Duits vertaalde boek van Grant verslonden. Hitler bedankte Grant en noemde diens boek ‘mijn Bijbel’.

En nu, een eeuw later, blijken die ideeën steeds openlijker te worden verspreid en gedeeld, in zowel de VS als Europa, en vormen ze de inspiratie voor terroristen, zoals Breivik in 2011, gevolgd door minstens twaalf andere aanslagen wereldwijd, waarbij zo’n tweehonderd doden vielen, onder wie joden, moslims, sikhs, Mexicanen, Afro-Amerikanen en tientallen leden van de jeugdbeweging van de Noorse sociaal-democraten.

Het is tijd om dit soort haatzaaiende en apocalyptische ideeën principiëler te bestrijden. Te denken valt aan het inzetten van artikel 137d van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht (‘aanzetten tot haat tegen of discriminatie van mensen’), maar belangrijker lijkt mij een grotere bewustwording bij (mainstream) politici en media, die zich veel duidelijker tegen dit soort giftige en – in uiterste consequentie – moorddadige ideologieën moeten uitspreken.