Meer energiearmoede, maar compensatiemaatregelen hebben erger voorkomen

Smoking chimneys” by citizen_dick77 is licensed under CC BY-NC 2.0

De energiecrisis heeft in 2022 geleid tot meer en grotere energiearme huishoudens. Onderzoeksorganisatie TNO heeft becijferd dat 602.000 huishoudens kampen met energiearmoede, dat zijn er 90.000 meer dan in 2020. Het aantal komt neer op 1 op 13 huishoudens in Nederland.

Dankzij de financiële compensatiemaatregelen van de overheid is energiearmoede bij zo’n 400.000 huishoudens voorkomen, concludeert TNO in de analyse Energiearmoede in Nederland 2022.

In 2022 was naar schatting een op de drie energiearme huishoudens met een zeer slechte woning een gezin met kinderen, dat was in 2020 nog een op de vijf. Peter Mulder, onderzoeker bij TNO: “De energieprijzen zijn met factor 5 gestegen. Dat is zo hoog dat de compensatie het niet kan bijbenen. Toch heeft het wel geholpen.”

Energiearmoede

Energiearme huishoudens zijn gezinnen met een laag inkomen, zo rond het wettelijk sociaal minimum, met een hoge energierekening of een huis met een slecht energielabel. Energiearmoede neemt vooral toe bij arme gezinnen met kinderen, die in slecht geïsoleerde en niet-verduurzaamde huizen of flats wonen.

Allerlei financiële compensatiemaatregelen, zoals de energietoeslag, lagere energiebelasting en btw en de extra algemene korting van 190 euro in november en december, hebben de stijging van energiearmoede flink geremd. Zonder die steun zouden er dus 400.000 huishoudens extra in energiearmoede beland zijn en zou het totale aantal energiearme huishoudens landelijk uitkomen op ruim een miljoen, ofwel 1 op de 8 huishoudens.

De meeste energiearme huishoudens wonen in Noordoost-Groningen en Zuid-Limburg, en in bepaalde wijken van steden als Rotterdam, Den Haag, Arnhem, Almelo en Enschede.

[…]

Slecht geïsoleerde woningen

De sterkste toename in energiearmoede is te vinden bij de groep huishoudens met de slechtste en minst verduurzaamde woningen. Naar schatting twee derde van alle energiearme huishoudens, zo’n 415.000 huishoudens, woont beroerd en stookt zich drie slagen in de rondte. Verduurzaming is voor de meesten van hen niet weggelegd, omdat ze het geld niet hebben of als huurder geen zeggenschap hebben over de woning.

Van de energiearme huishoudens woont 68 procent in een huurwoning van een woningcorporatie, bijna 20 procent huurt van een particulier en ongeveer 12 procent heeft een koopwoning. Het grote aandeel van corporatiewoningen bij energiearme huishoudens is verklaarbaar, omdat corporaties vooral sociale huurwoningen hebben voor lagere inkomens.

Onderzoeker Mulder heeft daarover nog aanbevelingen voor het kabinet. “Leg de focus van verduurzamen op de allerslechtste woningen, die met label F en G. Denk dan vooral aan isolatie, want maatregelen als zonnepanelen en warmtepompen hebben minder zin als de warmte het huis uit vliegt. Daarin is ook een hoofdrol voor de woningcorporaties. Nu de verhuurderheffing vanuit de overheid is afgeschaft hebben zij meer budget voor verduurzaming.”