Holocaustonderzoek rammelt aan alle kanten: steekproef niet representatief, percentages lukraak opgeteld

war, war crimes, genocide
Photo by IanMoone22 on Pixabay

Dát er Nederlandse jongeren zijn die de Holocaust ontkennen, staat vast en is een misstand op zich. Maar betreft dat een op de vier, zoals de Amerikaanse organisatie Claims Conference beweert? Waarschijnlijk niet, blijkt bij nadere inspectie van de cijfers die de organisatie woensdag met veel tamtam naar buiten bracht. Maarten Keulemans 25 januari 2023

‘Ik kan slecht tegen de suggestie dat je een Holocaustontkenner zou zijn als je de historische cijfers niet zo goed kent. Toch is dat wat hier gebeurt’, zegt hoogleraar statistiek Casper Albers (Rijksuniversiteit Groningen), na inzage in het onderzoek. Ook Albers benadrukt dat hij absoluut de Jodenvervolging niet wil relativeren. ‘Juist zo’n belangrijk onderwerp verdient goed onderzoek. En dit rapport rammelt aan alle kanten.’

De politiek schoot woensdag niettemin in de hoogste alarmfase. ‘Zeer schokkend en zeer zorgwekkend dat in een land als Nederland een kwart van de jongeren zegt: ik weet niet of het zo is’, reageerde minister Dilan Yesilgöz van Justitie. En premier Rutte: ‘Je mag over alles debatteren, maar de feiten liggen vast.’

Claims Conference, een organisatie die zich inzet voor herstelbetalingen, schakelde een marketingbureau in om tweeduizend Nederlanders telefonisch te bevragen over de oorlog. Die werden niet vooraf geselecteerd, maar bijeengeharkt door willekeurig telefoonnummers te bellen.

Overtegenwoordiging studenten

Om de cijfers toch nog een beetje representatief te krijgen, verdeelde men de deelnemers in leeftijdsgroepen. Daarbij gaat echter van alles mis: zo is iedereen onder de 40 bestempeld tot ‘jongere’. Ook blijkt een op de drie mensen die de telefoon opnam student, een zware oververtegenwoordiging.

Van de bevraagde 40-minners onderschrijft niet een kwart, maar 6 procent de stelling dat de Holocaust een ‘mythe’ is. Nog eens 17 procent was het eens met de stelling dat het aantal Holocaustslachtoffers sterk overdreven is. Vandaar 23 procent: voor de presentatie aan de buitenwereld telde men beide percentages op.

Maar niet weten hoeveel Joden er omkwamen, is nog wat anders dan de Holocaust een mythe noemen, zegt Albers. ‘De andere kant op zit men er ook flink naast: 11 procent denkt dat er 20 miljoen Joden omkwamen. De meeste deelnemers hebben wel een algemeen beeld: de Holocaust, dat is iets met nazi’s en de oorlog, en er gingen heel veel Joden dood.’

Toevalsmarges

Ook de andere hoofdboodschap van Claims Conference, dat Nederland verhoudingsgewijs de meeste Holocaustontkenners heeft, houdt bij nadere inspectie geen stand. De onderzoekers lieten de toevalsmarges weg, de natuurlijke ‘vaagheid’ rond percentages bij steekproeven. Reken die mee, en de verschillen tussen de zes landen die men heeft gepeild, verdampen.

Ondanks de kritiek op het rapport, ‘onderschrijf ik de zorg’, zegt directeur Emile Schrijver van het Joods Cultureel Kwartier. ‘Ik weet van overlevenden die de scholen bezoeken, dat leerkrachten en leerlingen vaak echt de feiten niet meer kennen. De boodschap is: we moeten ervoor zorgen dat we deze zwarte bladzijde van de geschiedenis zichtbaar houden in het onderwijs.’

Albers ziet dat genuanceerder. ‘Dit onderzoek zegt sowieso niks over hoe de Holocaust nu wordt onderwezen. Scholieren zijn doorgaans niet ouder dan 18. En het waren alleen 18-plussers die werden bevraagd.’

Hoe erg rammelt het ‘schokkende’ onderzoek naar Holocaust-bewustzijn nu echt?

Het Amerikaanse onderzoek naar Holocaustbewustzijn in Nederland leidde woensdagochtend tot geschokte nieuwsberichten over het groeiende gebrek aan kennis over de donkerste periode uit de twintigste eeuw. Bijna een kwart van de mensen onder de veertig ontkent of bagatelliseert de moord op zes miljoen Joden in de Tweede Wereldoorlog. Volgens 6 procent zou de Holocaust een „mythe” zijn en 17 procent zou vinden dat het aantal slachtoffers „enorm overdreven” wordt. In vijf andere onderzochte landen was deze antisemitische verdwazing niet zo hoog.

De zorg over groeiend antisemitisme, dat zich geregeld manifesteert door het bagatelliseren van de Holocaust, kreeg zo een nieuwe dimensie. Maar de aanvankelijke schok maakte in de loop van woensdag plaats voor serieuze kanttekeningen bij het onderzoek. Met name op aansporing van adjunct-hoogleraar statistiek Casper Albers (Rijksuniversiteit Groningen) hielden veel media al snel een slag om de arm. Hij deelde op Twitter enkele „rode vlaggen” die tot scepsis rond dit onderzoek zouden moeten leiden. Het rapport werd vervolgens een „rammelrapport” genoemd (Nieuwsuur-journalist Eelco Bosch van Rosenthal op Twitter) en ook de Volkskrant kopte dat het Holocaustonderzoek „aan alle kanten” rammelde.

[…

Niet representatief

Zou het in Nederland dan helemaal mis zijn gegaan? Professor Casper Albers maakte onder meer een punt van het disproportioneel hoge aantal respondenten van onder de veertig jaar dat zegt ingeschreven te staan aan een universiteit: 34 procent. In werkelijkheid zijn er rond de 320.000 wo-studenten in Nederland, wat minder dan 7 procent is van het aantal 18-39 jarigen in Nederland (5 miljoen). Dat kan dus al niet representatief zijn.

Er blijkt inderdaad iets vreemds aan de hand. Cooperman, die per mail reageert, stelt dat de 34 procent alle vormen van vervolgonderwijs betreft: mbo, hbo en wo. Dat telt op tot ongeveer 1,3 miljoen jonge Nederlanders en ongeveer een kwart van de leeftijdsgroep 18-39. Nog steeds geen 34 procent, maar het komt in de buurt. Maar op de Nederlandstalige vragenlijst voor respondenten, ingezien door NRC, staat de vraag ‘Ben je momenteel ingeschreven aan de universiteit?’. Daar kan toch geen enkel misverstand over bestaan? Toch houdt Cooperman vol dat hier ook niet wo-studenten ‘ja’ antwoordden. „De ervaring leert dat universiteit vrij wordt geïnterpreteerd en respondenten antwoorden ook zo.”