Prijzen stegen door oorlog, maar zullen niet zo hard weer dalen
De gevolgen van de oorlog in Oekraïne troffen ook Nederland. Dat voelden we het afgelopen jaar in onze portemonnee. Vooral de energierekening en de boodschappen werden stukken duurder. Zullen de prijzen ooit weer dalen?
De oorlog in Oekraïne duurt veel langer dan verwacht. “Rusland dacht even snel over Oekraïne heen te walsen. Maar dat gebeurde niet”, vertelt Steven Brakman, hoogleraar internationale economie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dat komt doordat Oekraïne hulp krijgt van Europa en de Verenigde Staten. Daardoor houdt het land het veel langer vol.
Mocht de oorlog plots voorbij zijn, dan merken we dat niet meteen in onze portemonnee, zegt Hans van Cleef, energie-econoom bij Publieke Zaken. “We zijn het afgelopen jaar het pad naar verduurzaming ingeslagen en we kunnen nu niet meer terug. De geest is nou eenmaal uit de fles.”
Met die geest verwijst Van Cleef naar de energietransitie. Die werd eerder op de lange baan geschoven maar is nu wel goed in gang gezet. Want als we meer gebruikmaken van duurzame energiebronnen zijn we straks ook minder afhankelijk van Russische olie en gas.
Hoewel duurzame energie duidelijk de toekomst is, zal het de energieprijzen niet doen dalen. “De energietransitie krijgt een impuls, dat is positief”, zegt Brakman. “Maar de duurzame energie waar we nu op inzetten, is een stuk duurder dan de olie die door een pijplijn van Rusland naar Europa wordt gepompt.”
Dure energie maakt alles duurder
Dat betekent dat de energieprijzen hoog zullen blijven. “In principe staat dat los van de oorlog. We waren al bezig met een transitie naar duurzame energie”, zegt de hoogleraar. Dat betekent dat de energieprijzen hoe dan ook waren gestegen. Alleen niet in de sneltreinvaart waarop het nu is gebeurd.
Eten, drinken, tv’s en magnetrons zullen dus duur blijven. “Want voor alle producten die je kan bedenken is energie nodig”, legt Brakman uit. Het maken, maar ook het vervoeren van spullen – het kost allemaal energie. “Nee, de prijzen zullen niet zo snel weer normaal worden.”