Nibud: Kijk bij steun niet alleen naar inkomen, ook naar uitgaven
Budgetvoorlichter Nibud wil dat de overheid lessen trekt uit de energiecrisis. Bij steunmaatregelen zou het niet alleen moeten gaan over hoe laag het inkomen is, maar ook over hoe hoog de uitgaven zijn. “Sommige mensen hebben noodgedwongen hogere uitgaven dan anderen, dus kunnen ze meer moeite hebben met rondkomen dan anderen met hetzelfde inkomen”, zegt directeur Arjan Vliegenthart.
Volgens Vliegenthart hebben mensen in energie-onzuinige woningen of grote gezinnen noodgedwongen hogere energieuitgaven, maar komen zij dus niet altijd voor inkomensondersteuning in aanmerking. “Alleen kijken naar het inkomen is anno 2023 niet meer voldoende om te weten of mensen steun nodig hebben.”
Volgens het Nibud wordt 2023 een jaar om bij te komen van het afgelopen jaar met de hoge inflatie en gestegen energiekosten. Door grote compensatiepakketten van de overheid gaan de meeste huishoudens er in 2023 op vooruit, met koopkrachtstijgingen van 0,5 tot 8,1 procent, blijkt uit berekeningen van het Nibud op basis van voorbeeldhuishoudens.
Alleenstaanden met een inkomen rond het minimumloon gaan er het meest op vooruit. Alleenstaande zzp’ers met een inkomen van anderhalf keer modaal het minst.
“Mensen hebben het afgelopen jaar veel betalingsachterstanden opgelopen, dus het is goed dat de portemonnee er dit jaar beter uitziet”, zegt Vliegenthart. “Maar we moeten wel afwachten of de inflatie inderdaad met 3,5 procent een stuk lager uitkomt dan afgelopen jaar, zoals het Centraal Planbureau verwacht.”
Hoe hoog wordt onze energierekening écht?
Spannend vindt het Nibud de ontwikkeling van de energiekosten, ondanks de energietoeslag voor mensen met lage inkomens en het energieplafond. Vooral omdat veel huishoudens nu variabele energiecontracten hebben.