Corporaties waarschuwen voor ‘nep-sociale huur’
Woningcorporaties waarschuwen de Gelderse politiek voor ‘nep-sociale huur’. Commerciële verhuurders zouden tóch de huur te veel verhogen of hoge servicekosten vragen.
Dit artikel is afkomstig uit de Stentor. Elke dag verschijnt een selectie van de beste artikelen uit de kranten en tijdschriften op NU.nl. Daar lees je hier meer over.
Sociale huurhuizen moeten door woningcorporaties gebouwd en verhuurd worden, vinden ze. En niet door ontwikkelaars. Want die commerciële partijen kunnen na verloop van tijd toch de huren verhogen waardoor wonen onbetaalbaar wordt voor mensen met lagere inkomens. Of ze verhuren woningen aan mensen die niet op wachtlijsten staan, waardoor woningzoekenden met urgentie geen kans hebben.
Onlangs sloot de provincie Gelderland woondeals met het Rijk. Daarin staat dat de zes Gelderse regio’s 104.000 huizen willen bouwen tot 2030. Daarvan nemen de woningcorporaties er 31.000 voor hun rekening; 31 procent.
Het is voor veel regio’s en gemeenten een flinke opgave om daadwerkelijk 30 procent sociale huur voor elkaar te krijgen, schrijven de Gelderse corporaties. Nep-sociale huur ligt op de loer. Daarbij gaat het om huizen die de ontwikkelaar van een bouwproject aanmerkt als ‘goedkoop’ of ‘sociaal’ (met een maximum huur van 808 euro per maand). Maar na de eerste verhuizing komen diezelfde huizen alsnog in de middenhuur (prijs tot 1000 euro per maand).
‘Het neemt toe’
“Bij echte sociale huur geldt dat de woningen gedurende een lange periode, bijvoorbeeld twintig jaar, voor een sociale huurprijs verhuurd worden”, zegt directeur Rob van Beek van De Goede Woning in Apeldoorn. Hij ondertekende de brief namens de corporaties in de Stedendriehoek.
De vrees bestaat dat gemeenten in zee gaan met commerciële partijen als ze er met corporaties niet uitkomen bij de bouw van nieuwe sociale huurhuizen. Door de stijgende bouwkosten wordt dit voor corporaties steeds lastiger. “Maar als de huurprijzen dan al snel stijgen, of als de woningen na een jaar in de verkoop gaan, draagt dat niet bij aan toename van het aantal sociale huurwoningen”, zegt Van Beek. “In Apeldoorn hebben wij de afspraak dat we die 30 procent gaan doen, dus hier ben ik er niet bang voor. Maar het is niet overal even goed geregeld.”
“Het komt gelukkig nog niet vaak voor, maar het neemt wel toe”, zegt Peter Boelhouwer, hoogleraar woningmarkt. Het gebeurt vooral wanneer projectontwikkelaars beleggers (pensioenfondsen, verzekeringsmaatschappijen of particulieren) voor nieuwbouw in de sociale sector aandragen zónder dat daar goede afspraken over zijn. “Dat doen ontwikkelaars vaak om de exploitatie rond te krijgen”, zegt Boelhouwer.
Eerder uitte Aedes, de vereniging van woningcorporaties, al zorgen over commerciële partijen die sociale huurhuizen bouwen.
Een ander punt van zorg is de toewijzing van de huurhuizen door commerciële partijen. Zij houden die huizen vaak buiten de reguliere circuits voor sociale huur. “Daardoor komen bijvoorbeeld statushouders en woningzoekenden met urgentie niet aan bod. Dat zorgt voor een ongelijk speelveld”, zegt de Apeldoornse corporatiedirecteur Van Beek.