Aardappelen ‘moeten’ voor oktober geoogst worden vanwege stikstof, boeren boos
Boeren zijn boos over een besluit van het kabinet over aardappelen. Aardappelen op zand- en lössgrond moeten voor 1 oktober geoogst worden en vervangen door een zogeheten vang-gewas dat veel stikstof opneemt. Laten boeren de aardappelen langer in de grond, dan mogen ze het jaar erna minder stikstof gebruiken.
Boeren hadden gehoopt dat aardappelen op de lijst van zogeheten wintergewassen zouden komen te staan. Dat zijn gewassen die pas laat in het jaar geoogst worden en daarna niet meer vervangen hoeven te worden door een vang-gewas dat nog stikstof uit de grond haalt.
‘Groei in september en oktober is nodig’
Volgens landbouworganisatie LTO is de impact van de beslissing groot. “Aardappelen hebben de groei in september en oktober nodig voor een voldoende opbrengst. Het gemiddelde oogstmoment is in de afgelopen jaren ook verlaat, wat samenhangt met het veranderende klimaat.”
Ook vreest LTO dat er straks in september heel veel aardappelen tegelijkertijd op de markt komen. “De capaciteit van opslag en verwerking kan voor 1 oktober niet op een rendabele manier vergroot worden.”
‘Vooral oogst voor oktober’
Maar volgens de overheid is er bij aardappelen bedoeld voor de consumptie geen sprake van winterteelt: “De oogst vindt grotendeels plaats voor of uiterlijk in oktober. Deze aardappelplanten worden voor de oogst doodgespoten waardoor er minder stikstof wordt opgenomen dan bij het langzaam afsterven van de plant zou gebeuren. Daarom is het inzaaien van een vang-gewas nodig om achtergebleven voedingsstoffen op te nemen.”
Stikstof zit in mest en kan uiteindelijk in het water terechtkomen. Als er minder stikstof in de grond overblijft is dat dus goed voor de waterkwaliteit. De regel geldt voor zand- en löss omdat die grondsoorten minder goed stikstof vasthouden dan klei- en veengrond. Iets meer dan de helft van alle consumptieaardappelen wordt verbouwd op zand of löss, voornamelijk in het zuidoosten van Nederland.