Vuilnisophalers en de mensen van het Havenbedrijf zijn collega’s, maar niet als het om salaris gaat

COMMENTAAR AD

Terwijl de vuilnisophalers op straat staken omdat hun werkgever de salarissen niet wil laten meestijgen met de inflatie, was in het kantoor van het Havenbedrijf Rotterdam geen actie nodig om het management flink meer te laten verdienen. Het grappige is, schrijft Leon van Heel in het commentaar, dat ze dezelfde baas hebben.

Toestemming vragen voor die fikse aanpassing van de salarisstroken? Dat was er bij het Havenbedrijf Rotterdam niet bij. De Rotterdamse wethouder Robert Simons zei in ieder geval dat hij ‘geschrokken en ontzet’ was toen hij erachter kwam hoeveel mensen bij de havenautoriteit veel meer verdienen dan hij dacht. Liefst achttien krijgen er meer dan de WNT-norm, de inkomensgrens voor ambtenaren die ooit begonnen is met de Balkenendenorm. Simons dacht dat het er maar drie waren.

Het Havenbedrijf Rotterdam is semioverheid, met de gemeente Rotterdam en de Staat als enige aandeelhouders. Daarom is Simons zo gepikeerd.

Volgens het Havenbedrijf gaat het ‘om medewerkers die competenties bezitten die belangrijk zijn voor de organisatie’. De beheerder van de grootste haven van Europa vist voor die mensen uit dezelfde vijver als Shell, Vopak, Maersk en KPN − multinationals die niet misselijk betalen. Wie doorvraagt, wordt fijntjes gewezen op het belang van de Port of Rotterdam; verantwoordelijk voor 8 procent van het nationaal inkomen en een dikke half miljoen mensen danken op een of andere manier hun werk aan de bedrijvigheid rond de Nieuwe Waterweg.

Een beetje meer bescheiden­heid zou deze semiambte­na­ren sieren

commentaar AD

[…]

Nuttig en verantwoordelijk werk

Wie er ook nuttig en verantwoordelijk werk doen? Juist. De afvalbakken stromen in Rotterdam over, omdat het gemak waarmee de witte boorden in het World Port Center zichzelf een hoger salaris toekennen, bij de collega’s van de vuilnisophaal beduidend minder vanzelfsprekend is.