Olie- en gasbedrijven krijgen methaanuitstoot maar niet omlaag
Bedrijven in de olie- en gassector weten de uitstoot van het sterke broeikasgas methaan nauwelijks te beperken. Ook de uitstoot uit kolenmijnen bleef vorig jaar ongeveer vlak.
De methaanuitstoot uit de energiesector was vorig jaar nauwelijks lager dan op de piek in 2019, meldt het Internationaal Energieagentschap (IEA) in een dinsdag gepubliceerd rapport.
Om de wereldwijde klimaatdoelen te halen, moet er snel veel minder methaan de lucht in gaan. Na CO2 is methaan het schadelijkste broeikasgas. Het heeft gezorgd voor ongeveer 30 procent van de opwarming van de aarde sinds het industriële tijdperk.
Volgens het IEA kan de methaanuitstoot uit de energiesector makkelijk omlaag met bestaande technieken. Zo moeten bijvoorbeeld lekken in olie- en gasinfrastructuur worden opgespoord en gedicht. Ook in kolenmijnen kan de uitstoot zeker worden gehalveerd.
Vaak levert dat zelfs geld op. In feite lekt er namelijk aardgas weg uit de putten en pijpleidingen van energiebedrijven. Dat aardgas kan voor hoge bedragen worden verkocht als het niet de lucht in vliegt.
Met een investering van ongeveer 100 miljard dollar (zo’n 93,6 miljard euro) kunnen olie- en gasbedrijven hun methaanuitstoot met drie kwart terugdringen voor 2030. Als ze ook stoppen met het affakkelen van aardgas bij olieputten, zou jaarlijks 200 miljard kubieke meter extra aardgas beschikbaar zijn voor consumenten en industrie. Dat is meer dan zes keer het jaarverbruik van heel Nederland in 2022.