‘Onze mensen die bezig zijn met armoede lopen echt op hun tandvlees’

Zoetermeer NRC vroeg 44 gemeenten hoe ze energiearmoede onder hun inwoners aanpakken, en liep mee met een ‘energiefixer’. „Wist u dat tien minuten douchen nu 1,20 euro kost?”

heating costs, energy saving, temperature controller
Photo by geralt on Pixabay

[…]

Vergeet niet, zegt de coördinator tegen zijn collega’s, om bewoners de flyer van de gemeente te geven, waarop staat waar ze terecht kunnen bij geldzorgen. „Benoem dat ook even.” In Palenstein is relatief veel energiearmoede: dat houdt in dat mensen een groot deel van hun inkomen kwijt zijn aan energiekosten.

Waar de landelijke overheid de energiearmoede vooral te lijf is gegaan met grofmazige maatregelen – een prijsplafond, hogere toeslagen en uitkeringen – hebben gemeenten de moeilijkste taak: het individueel opsporen van inwoners die nog steeds geldzorgen hebben. Het liefst vóórdat die zorgen omslaan in problemen: onbetaalde rekeningen en oplopende schulden.

Hoe gemeenten dat aanpakken verschilt sterk, blijkt uit een rondvraag. Op verzoek van NRC vulden 44 grote en middelgrote gemeenten een vragenlijst in over energiearmoede en de energietoeslag.

Wat alle gemeenten doen: hun inwoners oproepen om hulp te zoeken bij geldzorgen. Ze doen dat via huis-aan-bladen, sociale media en flyers in bibliotheken. Deze strategie kent één groot nadeel: inwoners moeten zelf in actie komen. De gemeente steekt een hand uit, maar de burger moet die hand eerst zien en vervolgens nog grijpen.

Daarom bellen sommige gemeenten aan bij álle huishoudens die volgens de statistieken het kwetsbaarst zijn. Al zeggen niet veel gemeenten dat ze dit doen. Naast Zoetermeer zijn dat onder andere Amsterdam, Eindhoven, Arnhem en Dordrecht.

[…]

Pleisters plakken

De hoge energieprijzen maken de doelgroep van het armoedebeleid onduidelijker. Gemeenten waren gewend om vooral naar de inkomens van mensen te kijken. Nu ziet Bouke Velzen in zijn stad mensen met lage inkomens in goed geïsoleerde woningen: zij krijgen veelal geld terug op hun energierekening. Terwijl lagere middeninkomens in tochtige koophuizen in de problemen komen.

Toch vinden veel armoedewethouders dat de landelijke politiek de minimuminkomens structureel moet verhogen. Want gemiddeld genomen komt de koopkrachtklap bij hen het hardste aan. Nu zijn mensen tijdelijk geholpen door het energieplafond, zegt Heijkoop. „Maar als dat volgend jaar wegvalt, krijg je weer apocalyptische cijfers.”

En dan kunnen gemeenten weinig anders doen, zegt Velzen, dan „pleisters plakken”. Gemeenten kunnen arme huishoudens helpen door urgente kosten te vergoeden, bijvoorbeeld als de wasmachine kapot is. Maar over het voorkómen van armoede, via inkomenspolitiek, gaat de Tweede Kamer.

Volgens Heijkoop is het onvermijdelijk dat het bestaansminimum in Nederland verder omhoog moet: de bijstand, het minimumloon. En hij vindt de Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen aan zijn zijde. „De overheid is niet meer in staat om mensen het basale te geven”, zei hij onlangs in NRC.

Volgens Van Zutphen is het zonde dat gemeenten zoveel „mensen, aandacht en geld” moeten inzetten voor het overeind houden van de laagste inkomens.