De Nederlandse staat hoeft energiebedrijven RWE en Uniper niet te compenseren voor toekomstige sluiting van hun kolencentrales. Dat heeft de rechtbank Den Haag bepaald.
De twee energiebedrijven hadden een rechtszaak aangespannen tegen de Nederlandse staat omdat ze het onterecht vinden dat hun kolencentrales eerder dicht moeten dan verwacht bij het bouwen. In 2019 werd een wet aangekomen waarin stond dat de centrales om de klimaatdoelen te halen in 2030 geen kolen meer mogen stoken.
De rechtbank laat weten dat de wet uit 2019 wel een inbreuk is op het eigendomsrecht, maar dat deze inbreuk “niet onrechtmatig is”. De energiebedrijven waren genoeg op de hoogte gesteld en kregen een overgangsperiode waardoor ze met hun opbrengsten van de centrales de schade konden beperken.
De bedrijven eisten een schadeclaim omdat de gebouwde centrales nog veel langer energie hadden kunnen produceren. Ze waren namelijk redelijk nieuw. RWE opende in 2015 een centrale in de Groningse Eemshaven en Uniper in 2016 op de Maasvlakte. RWE eiste 1,4 miljard euro van de staat en Uniper zegt dat de schade een miljard is.
[…]
Geen investeringen in ontwikkelen
Bart-Jaap Verbeek, onderzoeker bij Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen, noemt de uitspraak juist een positief signaal. De stichting streeft, in eigen woorden, een eerlijke wereld na door de macht van multinationals bloot te leggen.
“Dit soort bedrijven kunnen hun verantwoordelijkheid dus niet afschuiven en moeten zelf voor de kosten opdraaien. Want dit zijn ook de bedrijven die de afgelopen jaren heel veel winst hebben gemaakt en dat geld hadden ze ook kunnen investeren in ontwikkelingen.”
“RWE en Uniper hebben nauwelijks iets gedaan om hun CO2-uitstoot te verminderen, meerdere projecten zijn ook niet van de grond gekomen omdat ze te duur zouden zijn voor de bedrijven. Dit is ook een argument van de staat; als jullie het niet doen, dan moeten we jullie maar dwingen.”