Rotterdamse wethouder wil uitleg over te hoge middenhuren
Rotterdamse woningcorporaties verlagen de huren van zittende huurders in het middensegment niet, ook al liggen deze soms 100 tot 350 euro boven de maximale huur volgens de puntentelling. Uit onderzoek van Rijnmond blijkt dat corporaties regelmatig hogere huren vragen dan volgens het woningwaarderingsstelsel (WWS) is toegestaan. Dit mocht voorheen, maar sinds 1 juli 2024 moeten nieuwe huurcontracten volgens de WWS worden vastgesteld. Voor bestaande huurders geldt deze regel echter niet, en hun verzoeken om huurverlaging worden afgewezen.
Dit verhaal in het kort:
* Uit onderzoek van Rijnmond blijkt dat woningcorporaties hogere huren vragen dan het woningwaarderingsstelsel (WWS) aangeeft, met afwijkingen tot €350 boven de maximale huurprijs.
* Sinds 1 juli 2024 moeten nieuwe huurcontracten voldoen aan de WWS-regels. Voor bestaande huurders geldt deze verplichting echter niet.
* Het onderzoek toont aan dat private verhuurders vaker en in grotere mate boven de maximale huurprijzen vragen, terwijl van woningcorporaties wordt verwacht dat ze de regels naleven vanwege hun maatschappelijke rol.
* Huurders voelen zich benadeeld. Hun verzoeken om huurverlaging worden vaak afgewezen.
Naar aanleiding van vragen van oppositiepartij SP heeft wethouder Chantal Zeegers (D66) aangegeven dat zij de corporaties zal aanspreken op de situatie van zittende huurders. Hoewel corporaties binnen de wet opereren, begrijpt Zeegers dat veel huurders het gevoel hebben dat ze buiten de boot vallen. Zij wil ervoor zorgen dat de positie van zittende huurders, die geen aanspraak maken op huurverlaging, wordt besproken.
Rijnmond onderzocht eerder een aantal huurzaken waarbij huurders in Rotterdam hun corporatie voor de Huurcommissie sleepten. De commissie oordeelde dat corporaties soms honderden euro’s boven de WWS-grens vroegen. […]
In het onderzoek van Rijnmond bleek ook dat private verhuurders nog vaker en meer boven de maximale huurprijzen vragen.
Corporaties volgen de wet, maar huurders voelen zich benadeeld
De Wet betaalbare huur, die op 1 juli 2024 van kracht werd, bepaalt dat nieuwe huurcontracten voor middenhuurwoningen volgens de puntentelling worden vastgesteld. Voor zittende huurders verandert er echter niets, ook niet als zij verzoeken om een huurverlaging indienen. Corporaties zoals Havensteder en Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam (SOR) geven aan dat zij pas bij een huurwissel de huurprijzen aanpassen aan de WWS-punten. […]
De Woonbond, die huurders vertegenwoordigt, is kritisch op het beleid van corporaties, die volgens hen de overgangsperiode van de nieuwe Wet betaalbare huur gebruiken om hoge huren te blijven rekenen. “Van een goede volkshuisvester verwacht je het goede voorbeeld. Dus respecteer bij alle huurwoningen de maximale huurprijs die ze volgens het puntenstelsel waard zijn,” zegt Mathijs ten Broeke van de Woonbond.
Volgens Aedes, de branchevereniging van woningcorporaties, is er te weinig stilgestaan bij de ongelijkheid voor zittende huurders. De vereniging heeft haar leden daarom aangespoord om de huren van middenhuurwoningen opnieuw te evalueren. “We hebben aangegeven om de huren nog eens te bekijken”, laat een woordvoerder van Aedes weten.
Huurprijzen vanaf 1 juli 2024:
- max 143 punten: sociale huur maximale huurprijs 880 euro
- max 186 punten: middenhuur maximale huurprijs 1158 euro
- vrije vestiging