Mr. Bean zorgt voor emotioneel weerzien bij de tandarts: ‘Opeens viel het kwartje: u was mijn juf’
Niet iedereen is gek op een bezoek aan de tandarts en om de boel luchtig te houden, zet de Voorburgse tandarts Mahdi Khalilzada (31) vaak een filmpje op van Mr. Bean Zo ook toen Cateleine de Jong (49) langskwam. Wat begon als een kletspraatje bleek een onverwachts weerzien na 25 jaar. ,,Dankzij Mr. Bean”
Begin twintig was ze nog maar, vers van de pabo, toen Cateleine de Jong de zorg kreeg over een klas vol jonge vluchtelingen in het Opvang Centrum (OC) in Den Haag. Kinderen die elkaars taal niet spraken, elkaars cultuur niet kenden.
Eén ding hadden ze gemeen. ,,Iedereen had behoefte aan het bevrijdende gevoel van even samen lachen. En dus rolde ik vaak de televisiekast het klaslokaal in en zette een video op van Mr. Bean.”
Mr. Bean die zich zonder kleedhokje in z’n zwembroek tracht te wurmen, Mr. Bean die zijn hand vast heeft zitten in een prullenbak: de kinderen vráten het. ,,Eindelijk iets waarbij ze geen taal nodig hadden. Een klungelige man in een gek oud pak: elk kind vindt dat leuk.”
Mr. Bean als afleiding bij tandarts
Leren ging Khalilzada goed af en zo kon hij zijn studie tandheelkunde afronden. In 2019 nam hij de tandartspraktijk in Voorburg over. ,,Sommige van mijn klanten worden het liefst een beetje afgeleid tijdens de behandeling, dus besloot ik een tv-scherm op het plafond te hangen en filmpjes te laten zien.”
Zo ook op 25 november vorig jaar, de dag dat Cateleine de Jong in de tandartsstoel plaatsnam. De Jong: ,,Terwijl ik daar lag, keek ik naar het filmpje van Mr. Bean. Toen de behandeling klaar was, zei ik: ‘wat vreemd eigenlijk dat u Mr. Bean laat zien, want daar moet ik altijd om lachen. En dat kan nu juist niet tijdens een tandartsbehandeling’.”
Het kletspraatje kreeg een andere wending, toen De Jong – inmiddels werkzaam bij De Haagse Hogeschool – begon over haar eerste echte baan, als lerares in het Haagse Opvang Centrum. ,,Ik vertelde dat ik daar vaak Mr. Beanfilmpjes liet zien aan de kinderen.”
Zó vaak heb ik mezelf afgevraagd hoe het afgelopen is met al die Afghaanse, Iraanse en Somalische kinderen in mijn klas. Nooit meer heb ik wat gehoord
Mahdi Khalilzada
Khalilzada: ,,Ik was even stil en vroeg toen: wanneer werkte u daar dan? Toen ze die jaartallen noemde, zei ik: dan moet u wel mijn juf zijn geweest.”
[…] En dan in ene lig je in de stoel van je nieuwe tandarts en blijkt hij een van die kinderen te zijn!”
Een emotioneel weerzien was het zeker, stelt De Jong.