Fabriekswoning sneller en goedkoper, maar niet dé oplossing wooncrisis
Woningen waarvan onderdelen industrieel worden gemaakt zijn goedkoper dan traditionele nieuwbouwhuizen en het kost ook minder tijd om ze te bouwen. Maar het concept kan maar in een klein deel van de gevallen worden toegepast. Daarom is het niet dé oplossing voor het huidige tekort aan woningen.
Dat concludeert het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in een rapport.
Om misverstanden te voorkomen: bij industrieel bouwen komen woningen niet kant-en-klaar uit de fabriek. Wel worden onderdelen, zoals de gevel, dak en vloer, in een fabriek gemaakt, compleet met bijvoorbeeld leidingen en kabels.
Vervolgens worden die delen naar de bouwplaats vervoerd, waar ze in elkaar worden gezet.
Sneller
Op de bouwplaats zijn bouwvakkers daardoor sneller klaar met het bouwen van een woning. De bouwtijd is rond een jaar korter dan bij de huidige manier van bouwen.
En omdat er op de bouwplaats veel minder werk hoeft te worden gedaan, zijn de arbeidskosten tot 35 procent lager. Maar tegenover die voordelen staat dat sommige kosten ook hoger zijn. Zo kosten de machines en de fabriekshal waar onderdelen worden gemaakt ook geld.