Met een beetje hulp redden deze mensen het nét. Maar nu moet hun steunpunt dicht

© Leger des Heils

Het buurtsteunpunt voor mensen met ggz-problematiek in de Rotterdamse wijk Delfshaven moet sluiten, vanwege bezuinigingen. Je kon er zonder afspraak terecht voor een maaltijd, gezelschap of hulp bij een lastige brief. „Hier zijn altijd mensen die je willen helpen.”

De hele dag alleen thuis

De huiskamer zit vol met mensen die het met een beetje hulp nét redden in de stad. Ze hebben een woonplek, maar hebben bijvoorbeeld geen idee wat ze moeten doen met de brieven die ze krijgen. Hoe ze een afspraak bij de dokter maken. Wat ze moeten doen met een aanmaning of een deurwaarder. Matthis, Delaja of een van de vrijwilligers kijkt mee, legt uit, geeft een voorzetje. En ze kunnen in de huiskamer terecht voor een babbeltje. Want de hele dag alleen thuis is ook maar zo alleen. Daar wordt niemand gelukkig van.

Veel van de bezoekers zijn verslaafd of hebben psychische problemen. Binnen drugs gebruiken mag niet – maar als je het wel doet, krijg je de volgende dag een tweede kans. „En een derde en een vierde”, zegt Matthis droog. Alcoholische drank mag ook niet naar binnen. „Ik kijk naar het gedrag. Heeft iemand alcohol op, maar zit-ie er rustig bij, dan mag-ie blijven zitten.”

Hans is zijn bril kwijt. Altijd hangt hij aan een touwtje om zijn nek. Nu is hij weg. Hij stommelt rond. Een man in een lange jas walst de huiskamer in met een Dirk-tas vol rammelende lege blikjes in zijn hand. Hij gaat zonder iemand te groeten in een oude fauteuil aan de andere kant van de kamer zitten.

Naar ‘huizen van de wijk’

Zes van deze ‘ggz-gerelateerde’ buurtsteunpunten in Rotterdam moeten binnenkort sluiten. De overige negen volgen de komende jaren. De gemeente denkt dat de bezoekers naar de gewone ‘huizen van de wijk’ kunnen, een soort buurthuizen. Matthis van Veen: „Het is maar de vraag of onze mensen daartussen passen en of de vrijwilligers in de huizen van de wijk met onze bezoekers om kunnen gaan.”

Bij het buurtsteunpunt in Delfshaven konden mensen terecht om te printen. Er was een telefoon waarmee gratis gebeld kon worden, computers die bezoekers konden gebruiken. Ze konden terecht met hulpvragen, zonder vooraf een afspraak te hoeven maken. En ze konden kapotte apparaten laten repareren door Carlos. Alles kan hij maken, mits op zijn manier en op zijn tempo. Hij is geliefd, want de meeste bezoekers hebben geen geld voor nieuwe spullen. Van Veen: „Dus krijgt hij veel waardering. Dat is weer goed voor zijn zelfvertrouwen.” Verder waren er activiteiten als gratis taalles en spelletjesmiddagen. Er was een naaiatelier. En er liep een project waarbij mensen elkaar helpen om zelf hun financiën op orde te houden. Matthis van Veen: „We proberen hun eigen kracht te versterken en te helpen bij het opbouwen van een netwerk.”

Franquitto (66) is met zijn stoel onhandig voor het lopend buffet gaan zitten. Hij was vroeger architect, vertelt hij. Tot hij een hersenbloeding kreeg. Franquitto is een bijnaam, eigenlijk heet hij Frank. Gerard, een maat van hem, gaat eten halen voor hen beiden. Frank roept van een afstandje wat hij precies wil hebben.