Maisakker wordt levendig ecosysteem: dit voedselbos oogst succes
Voedselbos is een landbouwmethode die tegen extreem weer bestand is, waarbij de gewassen op eigen kracht groeien en die gunstig voor de biodiversiteit is: een voedselbos in Gelderland laat zien dat het kan werken als je de natuur haar gang laat gaan. “Ik heb moeten leren niet in te grijpen.”
Dat systeem kun je terugzien op luchtfoto’s. Maar als je midden in het voedselbos staat, waan je je eerder in een wildernis. Er loopt een olifantenpaadje om het bos heen, in het midden hebben bomen, struiken, kruiden en onkruid vrij spel. En dat is precies de bedoeling.
Wat meteen opvalt is dat het er vrijwel windstil is, terwijl de wind ons op de weg erheen nog om de oren sloeg. Dat is niet toevallig, want de rij elzen die het land omringen vormen een natuurlijk windscherm, vertelt Van Eck. Daardoor zijn andere bomen en planten beter bestand tegen de wind.
“Een landkaartje!”, wijst Van Eck, doelend op een voorbijfladderend zwart-wit vlindertje. Ook hommels, libellen en bijen vliegen continu voorbij. Het bos is ook de habitat van hazen, bevers, uilen, padden, egels, wezels en verschillende roof- en broedvogels. De bijna verdwenen tortelduif (of: de zomertortel) heeft een nest in het bos.
Van pruim tot szechuanpeper
Mango’s of papaja’s kunnen hier niet groeien, dus ging Van Eck op zoek naar gewassen die in het Nederlandse klimaat passen. In de praktijk komt dat neer op bomen en struiken die -20 én 40 graden Celsius overleven en bestand zijn tegen extreem weer, zoals hoosbuien en aanhoudende droogte. Dan kom je uit bij appel, peer, pruim, moerbei, tamme kastanje, duindoorn en walnoot.
Maar ook: schijnaugurk, Koreaanse pijnboom, nashipeer, Japanse gember, olijfwilg en kaki. Zelfs de szechuanpeper uit China gedijt hier goed. Volgens de methode achter voedselbosbouw hoeft niet elke boom of struik inheems te zijn, vertelt Van Eck. Maar invasieve soorten zijn uit den boze.
Tussen de fruitbomen en struiken groeien her en der brandnetels, bramen, klimplanten en ander onkruid. Ook die zijn welkom, want ze hebben volgens Van Eck een functie. “Insecten, vlinders en vogels eten ervan.” De liefhebber kan er ook soep van trekken.
Samenwerking met een Michelin-restaurant
Het lijkt een enorme klus om een voedselbos te onderhouden, maar dat valt volgens Van Eck best mee: een paar keer per jaar de bramen snoeien volstaat. Het idee is dat de natuur zichzelf in balans houdt. Dus geen bewerking van de grond met machines, bestrijdingsmiddelen, beregening of mest.