‘We moeten af van het naïeve idee dat iedereen met mentale uitdagingen in een reguliere wijk kan wonen’
Wijken met veel sociale woningbouw lijden onder het groeiend aantal bewoners met ernstige psychische problemen. Bestuurder Erik Gerritsen van de woningcorporatie Ymere pleit voor sneller ingrijpen en het tijdelijk verplaatsen van overlastgevende huurders naar ‘time-outwoningen’.
Na een ruzie in een snackbar in de Amsterdamse Jordaan stak een 32-jarige huurder van Ymere halverwege juni een man neer, die later overleed. De dader zou in een psychose hebben verkeerd.
Met die steekpartij was voor Ymere-bestuurder Erik Gerritsen de maat vol, vertelt hij in zijn kantoor met uitzicht op het IJ. De corporatie bezit zo’n zeventigduizend sociale huurwoningen in de regio Amsterdam.
Het was niet Ymeres enige huurder die betrokken was bij een steekpartij. Oktober vorig jaar stak een 65-jarige inwoner van Amsterdam-Noord een man dood. De dader, die begeleiding kreeg van een zorgorganisatie, veroorzaakte al een half jaar overlast. Daklozen kwamen ’s nachts samen in zijn woning. ‘Alleen zulke extreme incidenten halen de media’, zegt Gerritsen, ‘maar bewoners ervaren over het algemeen steeds meer overlast.’
Leefbaarheid
Tijdens de kabinetsformatie vroegen de corporaties aandacht voor de wijken met hoge concentraties sociale woningbouw. Ze maken zich zorgen over het stijgende percentage woningen dat met voorrang wordt toegewezen aan ‘kwetsbare’ bewoners.
Zo gaat in Amsterdam 30 procent van de vrijgekomen sociale huurwoningen naar mensen met een ggz-stempel, voormalig daklozen, ex-gedetineerden, mensen met een medische urgentie en statushouders.
‘Er wordt te weinig sociale huur bijgebouwd’, zegt Gerritsen. ‘Daardoor komen deze mensen vooral terecht in de zwakke wijken met de laagste huren en de meeste verhuizingen.’
Het merendeel van deze huurders redt zich wel met wat extra hulp, maar steeds meer van hen ook niet. ‘Ik denk dat sommigen beter af zijn in een kliniek in de bossen.’ Maar veel van dergelijke instellingen zijn inmiddels dicht, sinds de overheid heeft besloten dat psychiatrisch patiënten zo min mogelijk opgesloten moeten zitten.
Verkeerd uitgepakt
Die beleidswijziging heeft verkeerd uitgepakt, zegt Gerritsen, die eerder op het ministerie van Volksgezondheid werkte. ‘We moeten af van het naïeve idee dat iedereen met mentale uitdagingen in een reguliere wijk kan wonen.’