In haar strenge opvoeding klinkt de slavernij door, zo vertelt Gerda Winter aan de Ketikoti-tafel
Witte en zwarte Zeeuwen spraken dit weekend in Middelburg over de invloed van het slavernijverleden op het heden, bij een gezamenlijke rituele maaltijd in de aanloop naar Ketikoti.
Gerda Winter bestudeert het donkerrode kaartje. ‘Hoe werkt jouw familieachtergrond door in jouw leven?’ Het plastic bakje met Surinaamse aardappelsalade dat voor haar staat, blijft nog even dicht. Dan kijkt ze op naar Auke van Laar, die tegenover haar aan de gedekte tafel zit. Hij met een baardje, zwart petje en een groen shirt, zij met een hoofddoek van dezelfde stof als haar koto, een feestelijk gewaad met blauw, geel en roze.
In het weekend voorafgaand aan Ketikoti, de herdenking van de afschaffing van de slavernij 150 jaar geleden, zijn overal in het land ‘Keti Koti Tafels’, zoals hier in de ZB Bibliotheek in Middelburg. Duo’s van zwart en wit praten over de gevolgen van de slavernij in het heden, volgens een vast stramien: steeds drie minuten luisteren, en dan pas vragen stellen. Daarna is de ander aan de beurt om te vertellen.
Winter kijkt Van Laar aan. “Als ik vroeger met mijn moeder of vader sprak, durfde ik hen niet in de ogen aan te kijken. Zoals mijn voorouders de slavenhouders niet in de ogen mochten aankijken.” Ze is te streng opgevoed, vindt Winter. En zelf heeft ze dat ook weer doorgegeven: ze is strenger voor haar kinderen geweest dan ze gewild had.
[…]
Koster denkt in de eerste plaats aan de stenen van het slavernijverleden. Het Nationaal Slavernijmuseum dat wordt opgericht, gaat helpen die stenen op te rapen, net zoals het geplande Zeeuwse Kenniscentrum Slavernijverleden. “Er is bij zoveel mensen nog zoveel onbekend. We moeten de verhalen breder vertellen. En dat u en ik tijdens dit gesprek dingen van elkaar herkennen: dat zijn zijn stenen die we oprapen.”