FORMATIE: Is een nieuw soort ruilverkaveling de oplossing voor boeren én de natuur?

RUILVERKAVELING HENSBROEK NH
Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons

Vanaf de jaren vijftig draaide het in de landbouw om schaalvergroting. Nu gaan er stemmen op voor een moderne vorm van ruilverkaveling, met meer oog voor de natuur. Hoe leggen we de grondpuzzel opnieuw?

Halverwege een smalle polderweg staat een bord: „Toekomstgericht verkavelen”. En daaronder: „136 hectare grond is van eigenaar gewisseld”. Het bord staat aan de rand van een akker in West-Friesland, tussen de uitgestrekte polders van Hensbroek en de Wogmeer; liniaalrecht grasland afgewisseld met bollenvelden, brede stroken in rood, geel en roze.

Het idee achter zo’n toekomstgerichte kavelruil is dat grondeigenaren gezamenlijk hun land in een bepaald gebied ruilen. Ze stoppen alle grond in de pot en maken vervolgens samen een optimale herverdeling, waarbij iedereen erop vooruitgaat. Op vrijwillige basis. Met oog voor de boeren én de natuur.

Je zou bijna vergeten dat dezelfde polder eind jaren vijftig volledig op de schop is gegaan ter bevordering van de schaalvergroting. Het draaide toen allemaal om efficiëntie, niet om natuurbehoud. Hier, tussen de strakke kavels, lag ooit een heel eilandenrijk. Overal waar je keek was water. Sloten en vaarten. Het vee graasde op de eilanden die alleen per schuit bereikbaar waren; de kleine akkertjes lagen versnipperd door het landschap. De halve dag zaten gezinnen op een schuit om hun koeien van het ene eiland naar het andere te verweiden. De mensen waren ronduit arm: ze leefden van de schamele opbrengst van een paar hectare land, en wat koeien en kippen.

Het was de periode van de naoorlogse wederopbouw, landbouwminister Sicco Mansholt riep op tot „nooit meer honger”, de modernisering van het platteland werd door de Amerikanen gestimuleerd met hun Marshallhulp. Vele monden moesten gevoed worden.

Er ontstonden plannen voor een wettelijke ruilverkaveling. Door erfenissen en de eindeloze herverdeling van de grond onder de erfgenamen waren de percelen versnipperd geraakt. Wat als de boeren al die losse akkertjes nou eens met elkáár ruilden, en de sloten dempten? Dan werden het mooie, aaneengesloten stukken land dicht bij huis, bereikbaar voor tractoren. Dan zaten ze niet meer de halve dag te kleumen op de schuit, of op paard en wagen. Met minder handen méér voedsel produceren.

De hele polder ging op de schop. En niet alleen hier in West-Friesland, maar overal in Nederland.

Tom Bade sociaal geograaf en milieukundige