FORMATIE: Kortzichtig beleid neemt een hypotheek op de toekomst

“Een rariteitenkabinet met rechters, complotdenkers en andere amateurs”
© Mirjam Vissers Artwork – met genereuze toestemming van de kunstenares


Het was niet mals. Het Planbureau voor de Leefomgeving publiceerde vorige week zijn Aanbevelingen voor het nieuwe kabinet, en haalde daarin opvallend hard uit naar het ontbreken van goede plannen en strategieën om de leefomgeving duurzamer en toekomstbestendiger te maken. Het aantredende kabinet van PVV, NSC, VVD en BBB heeft te veel focus op de korte termijn en te weinig op de complexe uitdagingen die de komende decennia op Nederland afkomen zoals klimaatverandering en de urgente noodzaak tot natuurherstel. Naast de terechte aandacht voor hier en nu is meer beleidsaandacht nodig voor elders en later, was de harde conclusie. „Je ziet bij deze coalitie een voorkeur de pijn voor burgers en bedrijven nu te verlichten, en door te schuiven”, zei PBL-directeur Marko Hekkert tegen NRC.

Het PBL sluit aan in een lange rij van onderzoeksinstanties en planbureaus die terecht bezorgd zijn over de koerswijziging van het nieuwe landsbestuur. Zo ontbreken in het hoofdlijnenakkoord essentiële ingrepen voor natuurherstel zoals hogere waterstanden, betere waterkwaliteit en meer natuurgebied. De beoogd minister van Landbouw Femke Wiersma (BBB) verzette zich eerder fel tegen de opkomst van natuurinclusief en biologisch boeren. Er komt geen nieuw natuurfonds voor landelijk gebied. Rijden met 130 kilometer per uur is voor automobilisten met haast fijn, maar levert de natuur vooral schade op. Plannen voor een circulaire economie, luchtvervuiling, natuurverlies, overstromingsgevaar en drinkwater ontbreken.

Misschien is het harde oordeel van het PBL te haastig. De nieuwe coalitie heeft nadrukkelijk een akkoord op hoofdlijnen gesloten, niet op details. Oplossingen en langetermijnvisie zouden ook later nog kunnen worden geformuleerd. Een lichtpuntje is dat volgens het PBL de meeste grote ruimtelijke uitdagingen van Nederland op zich wel worden benoemd, maar nog niet worden opgelost. Met veel goede wil zou je kunnen zeggen dat de lange termijn dus wel op de radar staat van deze coalitie. Ze doet er alleen nog veel te weinig mee.

Tot nu toe is het op zijn best wensdenken wat er zichtbaar is. Hoewel het coalitie-akkoord zich committeert aan klimaatdoelen in 2030 en 2050, brengen diverse maatregelen die doelen juist verder uit zicht: zoals het terugdraaien van de verhoging van de CO2-heffing voor industrie, of van het afschaffen van de verplichting per 2026 warmtepompen te nemen.

Blijkbaar is dit wat een meerderheid in het Nederlandse parlement nu wil, zo werkt democratie nou eenmaal. Maar dit gebrek aan langetermijnbeleid en maatregelen in het belang van jonge en toekomstige generaties verdient wel extra aandacht. Zeker in een land dat in een laaggelegen rivierendelta ligt en demografisch inmiddels flink begint over te hellen naar ouderen. Gemiddeld genomen hebben Nederlanders meer verleden dan toekomst. De gemiddelde leeftijd in Nederland is namelijk 42,4 jaar; met een levensverwachting van 81,6 hebben Nederlanders overwegend meer leven achter zich dan voor zich. Dat zou ertoe moeten leiden dat het landsbestuur extra scherp is op ondervertegenwoordiging van belangen van jonge en toekomstige generaties, bijvoorbeeld bij kwesties zoals klimaatverandering en natuurbehoud – maar ook de bezuinigingen op onderwijs van het nieuwe kabinet geven te denken.

Kortzichtig beleid neemt een hypotheek op de toekomst. Zo komt de rekening onevenredig terecht bij jongeren. Regeringspartijen kunnen zich maar beter realiseren: in 2030 en 2050 zijn dat óók stemmers.