Alternatieven voor het kapitalisme worden te gemakkelijk verworpen
Het internationaal recht hoort de zwakkeren te beschermen, maar beschermt in werkelijkheid vaak de belangen van de rijken en machtigen. Dat moet en kan anders, betoogt universitair docent Margot Salomon.
De Colombiaanse voedselmarkt werd in 2013 overspoeld met goedkope diepvriespatat uit Nederland, België en Duitsland. Om lokale boeren te beschermen introduceerde Colombia een invoerheffing van 8 procent op buitenlandse frites. De Europese Unie spande een arbitragezaak aan bij de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Europa won: Colombia mocht de wereldhandel niet belemmeren. De belangen van de Europese agro-industrie wogen zwaarder dan die van Colombiaanse boeren.
Het internationaal recht werkt in het voordeel van grote bedrijven en rijke landen, zegt Margot Salomon, universitair hoofddocent internationaal recht aan de London School of Economics, co-auteur The Misery of International Law uit 2018, uitgeroepen tot beste boek van het jaar door de European Society of International Law.
Westerse leiders praten graag over de internationale orde als een ‘rules-based order’ waarin niet het recht van de sterkste geldt, maar internationaal afgesproken regels en wetten. In hun boek probeerden Salomon en haar co-auteurs, John Linarelli (Universiteit van Pennsylvania) en Muthucumaraswamy Sornarajah (Universiteit van Singapore), die ‘sluier van neutraliteit’ weg te trekken.
In werkelijkheid, zeggen zij, beschermt het internationaal recht vaak de rijken en machtigen, zoals buitenlandse investeerders, ook als hun activiteiten milieuschade veroorzaken en de belangen van de plaatselijke bevolking schaden. Na de val van de Muur in 1989 is de wereld één grote markt geworden waar het recht van kapitaalkrachtigste geldt, aldus Salomon en haar co-auteurs.
‘We wilden kijken naar de manier waarop het recht misère produceert’, zegt Salomon, in haar werkkamer op de London School of Economics.
[…]
De oorsprong van het internationaal recht ligt in de rechtvaardiging van het kolonialisme. Een van de grondleggers van het internationaal recht was Hugo de Groot, wiens werk de VOC het ‘recht’ gaf om oorlogen te voeren waarmee de handelsroutes naar Zuidoost-Azië geopend konden worden.
In de koloniale tijd werden niet-westerse volken voorgesteld als onbekwaam en onbeschaafd. Europeanen meenden dat zij de rest van de wereld aan zich mochten onderwerpen omdat zij op een hoger niveau van beschaving zouden staan.
De dekolonisatie bracht politieke onafhankelijkheid, maar voor veel landen geen economische onafhankelijkheid. Westerse bedrijven bleven lokale markten domineren, vooral in Afrika.
Het kapitalisme heeft veel rijkdom gebracht, maar is het nog houdbaar in de 21ste eeuw? Volgens critici verwoest het kapitalisme de planeet en roept het populistische krachten op die de democratie in gevaar brengen. Op mondiale schaal veroorzaakt het onhoudbare verschillen tussen arm en rijk. Is er een alternatief voor het kapitalisme? Of kan het zich aanpassen aan de behoeften van een nieuwe tijd?