Met terugkeer bejaardenhuis is oudere niet geholpen
Ouderenzorg
De roep om ‘kleinschalige bejaardentehuizen’ te bouwen is een achterhaald principe, zegt Noor van den Bergh, oud-directeur Mr L.E. Visserhuis, Den Haag
In het artikel Keert het bejaardenhuis terug (13/11) lees ik met stijgende verbazing hoe Fleur Agema (PVV) en Nicki Pouw-Verweij (BBB) met grote stelligheid verkondigen dat de bejaardentehuizen terug moeten komen, weliswaar geen „ouderwetse bejaardenhuizen met lange gangen”, nee, het moet kleinschalig… Weten zij wel wat dit kosten gaat?
In 1994 werd ik directeur van een kleinschalig klassiek verzorgingshuis met plaats voor 47 bewoners. De wet Bejaardenoorden was nog van kracht. Het was onmogelijk om op een dergelijke kleine schaal de financiën rond te breien. Eén nachtzuster voor 47 bewoners kost hetzelfde als één nachtzuster voor 80 bewoners. De personeelskosten drukten voortdurend zwaar op ons toch al magere budget. En werden de woonkosten eerst nog grotendeels vergoed – de bejaarde betaalde slechts een eigen inkomensafhankelijke bijdrage – met de modernisering van zorgwet AWBZ moest dat veranderen. Scheiden van wonen en zorg werd de toekomst.
Er was nog iets anders wat mij als directeur stoorde en dat was de hospitalisering van de bewoners. Alles werd voor ze gedaan en als wij ‘zo lang mogelijk zelfstandig blijven leven’ probeerden te stimuleren, werd de zorg als nalatig beschouwd.