Waarom we de lage inflatie niet gelijk in onze portemonnee voelen
De inflatie, de mate waarin de prijzen stijgen, is historisch laag deze maand. Houden we dan eindelijk meer geld over in onze portemonnee? “Het inflatiecijfer geeft een vertekend beeld”, zegt Rabobank-econoom Hugo Erken.
Sinds afgelopen juni berekent statistiekbureau CBS de inflatie op een andere manier. Daardoor vallen de energieprijzen gelijk op. Energie zou nu 38 procent goedkoper zijn dan een jaar geleden. Maar vorig jaar rekenden de statistici met prijzen van nieuwe energiecontracten. Dit jaar tellen alle lopende contracten mee, waarvan de prijs vaak een stuk lager ligt.
Een jaar geleden waren de energieprijzen heel hard gestegen. Dat berekenden energieleveranciers door in nieuwe contracten. “Wij namen die prijzen mee bij het berekenen van de inflatie”, vertelt hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen van het CBS. “Daardoor liep het inflatiecijfer toen heel erg hard op.”
[…]
Inflatiecijfer kan tot paniek leiden
Econoom Hugo Erken is kritisch over het gedoe met de cijfers. De maandelijkse inflatiecijfers hebben gevolgen voor de samenleving. Ze spelen mee bij loonstijgingen, huurverhogingen en zorgpremies.
“Vorig jaar hadden we eigenlijk meer geld in onze portemonnee dan de statistieken lieten zien”, zegt Erken. “De inflatie van 14 procent leidde tot paniek.” De politiek nam maatregelen zoals de eenmalige energietoeslag van 380 euro voor iedereen. “Was dat nou echt nodig?”, vraagt Erken zich af.
Het inflatiecijfer van september dit jaar lijkt juist zeer gunstig, maar Erken waarschuwt ervoor dat we niet achterover moeten gaan leunen. “We houden nu minder over in onze portemonnee dan de statistiek doet vermoeden. Voedselprijzen liggen bijvoorbeeld weer 10 procent hoger.”
Van Mulligen valt hem bij: “Zaken worden nu niet opeens veel goedkoper. Maar de periode van heel sterke prijsstijgingen lijkt voorbij.”